Volgens de huidige regels kunnen kindercentra voor buitenschoolse opvang en gastoudervoorzieningen een boete krijgen als ze niet uitsluitend Nederlands spreken. In de praktijk is zo’n boete nog nooit opgelegd, stelt CDA-raadslid Remco Vrinzen, die de motie indiende. “Volgens de regels kan een boete alleen worden opgelegd als er uitsluitend Limburgs wordt gesproken. Maar het zorgt voor verwarring en onzekerheid bij kinderopvanglocaties die veel bezig zijn met de juridische kaders. Ze worstelen met wat wel en niet mag en ervaren het beleid als een belemmering. De GGD controleert hierop, wat voor extra angst zorgt,” aldus Vrinzen.
Opvallend is dat alleen Roerdalen expliciet heeft vastgelegd dat Nederlands de voertaal moet zijn. In andere Midden-Limburgse gemeenten, zoals Leudal, Echt-Susteren en Maasgouw, geldt die formulering niet.
De gemeenteraad erkent dat de huidige regels kinderopvanginstellingen in onzekerheid brengen over het gebruik van de Limburgse taal. Om dit probleem op te lossen, wil de raad dat het college duidelijk vastlegt dat Limburgs naast Nederlands is toegestaan. Alleen de partij Ons Roerdalen stemde tegen het voorstel.
Het bericht Raad Roerdalen wil duidelijkheid kinderopvang: ‘Limburgs spreken mag’ verscheen eerst op VML Nieuws.